Nl:Latijnse woorden en expressies/D
(Redirected from Latin words and expressions/D/nl)
Latijnse woorden en expressies die starten met de letter D.
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z - @ - * |
- D.,Dnus,Dus
- dominus
- d.a.
- dicti anni
- d.d.
- de dato
- dec.
- decanus
- D G
- Dei gratia
- dict
- dicto, dictus
- dioc.
- diocesis
- D.J.U.
- doctor juris utriusque
- dlla, D.cella
- domicella
- Dna
- domina
- D.O.M.
- Deo optimo maximo
- dapifer
- drossaard, drost
- data generali absolutione (in articulo mortis impertiri solita)
- na het geven van de algemene absolutie (die men gewoonlijk ontvangt in het stervensuur)
- de
- van (bij namen welke in het latijn worden vertaald)
- debilitate
- door gebrekkigheid
- debilitate senectus
- wegens seniliteit
- debitis
- verplichte
- decalciare
- het schoeisel uitdoen
- decanatus
- dekenaat
- decanus
- deken (a) kerkelijk waardigheidsbekleder in een domkapittel (b) voorzitter van een universitairefaculteit, proost
- decanus districtus
- deken van het district
- decarchus
- (mil.) korporaal
- decem
- tien
- decembris
- december
- decempedator (jurator)
- (gezworen) landmeter
- decennis
- tiener, tienjarige
- decennium
- tijdvak van tien jaar
- decima bladi
- grote of grove tienden, krijtende tienden
- decima feni
- hooitiende
- decima gelimae
- stro tiende
- decima torbonum
- turf tiende
- decimae novalis
- nieuwe tienden
- decimae veteres
- oude tienden
- decimator
- tiendeheffer
- decimo
- tien
- decimonono
- negentiende
- decimotertio (...quarto etc.)
- dertiende (veertiende enz.)
- decimus
- tiende
- declarans-,declaratus se scribere non posse
- verklarende niet te kunnen schrijven
- declarantibus se non posse scribere
- verklaring niet te kunnen schrijven
- decollatus
- onthoofd
- de consensu meo
- met mijn toestemming
- de consensu parentum
- met toestemming der ouders
- de consensu pastoris
- met toestemming van de pastoor
- de consensu quorem interest
- met toestemming van de belanghebbende
- deculciare
- het schoeisel uitdoen
- decurio major
- (mil.) sergeant majoor, opperwachtmeester
- decurio militum
- (mil.) onderofficier, korporaal
- de dato
- van den
- dedi
- ik heb gegeven
- dedicatio
- inwijding van de kerk, viering
- de expressa lincentia
- met uitdrukkelijke vergunning, -toelating
- defecto virium
- krachteloos, in gebreke van krachten
- defensor
- verdediger
- defunctorum
- overlijdensregister
- defunct(a),(-us)
- overleden, (af)gestorven, uitgestorven
- defuncti
- overledenen
- deglubitor
- vilder
- de gratia speciali
- door een bijzondere gunst
- Dei gratia
- door de gratie Gods
- deinde
- opvolgend, daarna
- de labore suo vivens
- die zijn brood verdient door zijn werk
- de (mea) licentia
- met (mijn) toestemming, - toekenning
- delirium
- waanzinnigheid
- de mandato amplissimi ac reverendissimi
- in opdracht van de hoogaanzienlijke en hoogeerwaarde
- demigravit
- overleden
- de more
- volgens de gewoonte
- denarium
- denier (munt)
- denatus
- gestorven
- de nocte
- 's nachts
- denunciac(t)io
- roep (in verband met huwelijk)
- denuntiare
- (de huwelijksgeboden) afkondigen
- denuntiati
- afkondiging
- Deo optimo maximo
- aan de heerlijkste opperste God (op grafzerken)
- Deo optimo spiritum dedit
- gaf zijn geest aan God de allerhoogste
- derelicta
- weduwe
- derogare
- afbreuk doen, inbreuk maken, afwijken van de wet
- de sacro fonte susceperunt
- zij namen (het kind) op van de doopvont (peter en meter), doopheffers
- descendens
- (bn) nederdalend, afstammeling, nakomeling
- descendere, descendi, descensum
- neerdalen, afdalen, afstijgen, afstappen, sterven, overlijden, afstammen, afkomstig zijn
- deservitor
- bedienaar van de parochie, koster
- desponsare
- verloven, uithuwen
- desponsatio
- verloving
- desponsat(a),(-us)
- verloofd
- destibus sensibus
- van zijn zinnen beroofd
- de suis vivens
- die in zijn eigen onderhoud voorziet
- devotus
- toegewijd, devoot, vroom
- dexter
- rechts
- diaconus
- diaken
- diarrhea
- diarree
- dicere, dictum, dixi
- zeggen
- dicit
- hij zegt
- dicti anni
- het gezegde jaar
- dictionis caesariae
- onder keizerlijk gezag, in een rijksland
- dicto
- in het gezegde
- dicto loco
- op de gezegde plaats
- dictus
- gezegd, vernoemd, geheten, genoemd, voornoemd, bijgenaamd
- die
- op de dag
- diem suum clausit
- sloot zijn levensdag af
- dierum
- dagen
- dies, diurnus
- dag
- die precedente
- voorgaande dag
- dies solis, die dominica
- zondag
- dies lunae
- maandag
- dies martis
- dinsdag
- dies mercurii
- woensdag
- dies jovis
- donderdag
- dies veneris
- vrijdag
- dies saturni, sabbati dies
- zaterdag
- dies veneris sanctus, dies veneris parasceves
- goede vrijdag
- dies feriatus
- feestdag, marktdag
- dies majalis
- meidag
- dies natalis
- verjaardag, Kerstdag
- die subsequente
- op de volgende dag
- digamus
- voor de tweede maal gehuwd
- digesta
- uitgelezen zaken
- dilatus
- wegdragen)
- dilirium
- waanzinnigheid
- dimachus
- (mil.) dragonder
- dimerie
- gebied waar de tiende geheven werd
- dimidium
- helft
- dimidius
- half
- dimissoriales dedi ad contrahendum matrimonium
- ik gaf verlofbrieven voor het voltrekken van het huwelijk
- dimissus
- gezonden (wanneer de bruidegom door zijn pastoor naar de parochie van de bruid "gezonden" wordt om daar te trouwen)
- dimorendas
- die moet weggaan
- dimirentibus (impedimentibus)
- vernietigende beletsels
- diocesis
- van het bisdom
- discedere
- zich verwijderen, weggaan
- discessit
- hij ging weg (overleed)
- discessus
- dood(gegaan)
- dispensatio
- dispensatie, vrijstelling
- dispensatio affinitatis
- dispentatie verwantschap
- dispensatio consanguinitatis
- vrijstelling voor bloedverwantschap
- dispensatio in bannis
- vrijstelling van roepen (bannen) voor het huwelijk
- dispensatio in uno banno
- vrijgesteld van één roep
- dispensavi
- ik heb dispensatie verleend
- dispensavit
- heeft dispensatie verleend
- dispositus
- beschikking, wilsbeschikking in testamment
- dissenteria
- dysenterie
- dissimilis
- ongelijk
- dissolutio conjugi
- echtscheiding
- distinctio
- onderscheid
- ditionis caesariae
- onder keizerlijk gezag in een rijksland
- dito
- op dezelfde dag
- diuturna infirmitate
- na een langdurige ziekte
- dioturno languore
- na een langdurige ziekte
- divortat(a),(-us)
- gescheiden
- divorti sententia
- echtscheidingsuitspraak
- divortium
- echtscheiding
- dixit
- hij (of zij) heeft gezegd, hij (of zij) zei
- doctor ecstaticus
- bijnaam voor de kartuizermonnik en godgeleerde Dionysius Carthusianus uit Rijkel
- doctor juris utriusque
- meester in de beide rechten (Kanoniek en Romeins recht)
- dolator
- timmerman, meubelmaker
- doliarius
- tonnenmaker, kuiper
- (in) doloribus partus
- in barensweeën
- domicella
- juffrouw, juffer, jonge dame, jonkvrouw (dochter van de heer), jonge edele vrouw, freule
- domicellus
- Heer, jonge edelman
- domicilium
- woning, woonplaats
- domina
- (adelijke) vrouwe des huizes
- dominica
- zondag
- dominus
- (adelijke) heer
- dominus castri
- burchtheer
- dominus loci
- de heer van de gemeente
- dominus supremus
- (mil.titel) kolonel
- dominus temporalis
- plaatselijke dorpsheer (wereldlijke heer)
- (in) domo propria
- in zijn eigen huis
- (in) domo sua
- in zijn huis
- domus
- huis
- drossardus
- drossaard
- ducentesimus
- tweehonderdste
- ducissa
- hertogin
- dum viveret
- tijdens zijn leven
- duo
- twee
- duocenti
- tweehonderd
- duodecim
- twaalf
- duodecimus
- twaalfde
- duodennis
- twaalfjarige
- duodetriginta
- achtentwintig (letterlijk:twee van dertig)
- duodetricesimus
- achtentwintigste
- duplex vidua
- tweemaal weduwe
- dux, ducis
- hertog, leider, aanvoerder
- dux belli
- (mil.) overste, kolonel
- duxit in matrimonium
- huwde
- dux militum
- (mil.) generaal, bevelhebber
- dysenteria
- dissenterie, buikloop
- dysuria
- moeilijkheid om te urineren